zaterdag 19 april 2014

Voorgerecht uit eigen tuin

Het was goed toeven, vanmiddag in mijn tuin. Nou ja tuin als je het heel snel zegt dan lijkt het nog wat, maar ik moet eerlijk bekennen dat het maar een postzegeltje is. Nu is dat niet erg, want ook postzegeltjes geven plezier en ik kan ontzettend genieten van dat kleine stukje grond waar ik voor de helft eigenaar van ben. De zon scheen, de vogels floten hun hoogste lied en de vorige week gekochte plantjes schreeuwden om aandacht. Die wilde de grond of hun eigen pot in! De keuze was dus niet zo moeilijk om eens een middagje in de tuin door te brengen en wat orde te scheppen in het onkruid. Dus eens flink aan de slag. 

Achter in het postzegeltje staat een Frans bistrostoeltje, ooit was het mooi en nieuw, nu is het oud en gammel, maar nog steeds staan daar elk jaar wat potten met eenjarigen ijverig te bloeien. Meestal ben ik in oktober te lui om al die potten leeg te kieperen. Dat vind ik dan zonde omdat er vaak om die tijd nog wel wat in bloei staat en wie ben ik dan om de vlijtig liesjes in de vuilnisbak te kieperen, omdat het tuingilde vindt dat de potten leeg moeten voor er barre vorst komt en de tuin dus winterklaar moet zijn. Deze winter heeft het helemaal niet gevroren en de Spaanse Margriet heeft dus op haar gemakje kunnen overwinteren daar op mijn Franse bistrostoeltje en bloeit nu al vrolijk met dieppaarse bloemetjes die ze vrolijk naar de zon toekeert. Ook de geraniums, of gerania zoals het eigenlijk hoort, zijn me dankbaar voor het behoeden van een vroegtijdige dood in de kliko en tonen die dankbaarheid door ook al volop te bloeien. Ze zijn wel een beetje pierig en ogen ietwat uitgeblust, maar daar is met een kleine knipbeurt, wat verse aarde en wat liefdevolle praat, snel iets aan te doen. 

Vorig jaar om deze tijd waren de vaste planten nog ondergedoken in de aarde en stonden de krokussen te bibberen in de felle kou, nu staat er al veel boven de grond en bloeit er dus al aardig wat. De sering heeft ook al dieppaarse knoppen en staat bijna op springen. Nog even en dan kan ik me weer onderdompelen in de seringengeur. Op Chanel nr 5 en verse Zwitsalbabyhaartjes na, de allerfijnste geur van de hele wereld. 

Het is dus echt genieten in mijn postzegeltje. Dat vinden niet alleen de vogels, die terwijl ik druk bezig ben, gewoon verder gaan met de inrichting van hun nieuwe huis, maar helaas ook de slakken. Verstopt achter de het Franse Bistrostoeltje, knusjes geleund tegen een grote terracotta pot vond ik een hele grote familie. Ze vierden geloof ik net een bruiloft, want het ging er nogal vrolijk aan toe en vast de ganse familie was op dit festijn afgekomen, want tjonge jonge wat een boel slakken trof ik daar aan. In alle soorten en maten. Met huis, zonder huis, groot, klein, gestreept, effen, van alles wat. 

Nu is dit schorriemorrie ook de reden waarom ik dit jaar geen enkel plantje zelf heb gezaaid, want voorgaande jaren hadden die krengen  mijn zo zorgvuldig opgekweekte en liefdevolle verzorgde slaplantjes in een nacht tot aan de grond toe opgevroten, nog klagend, met de bek vol sla, dat er geen dressing bij zat! Vorig jaar met mijn courgetteplantjes hetzelfde geval. Eeuwig zonde. Daar gingen mijn dromen van heerlijke maaltijden met eigengekweekte courgettes, waar het gezin van zou smullen. 

Toen ik deze grote familie aantrof daalde mijn goede humeur met enige graden. Wat te doen? Zou ik ze laten zitten en ze voorstellen dat zich alleen aan de paardebloemen en het zevenkruid tegoed zouden doen? Maar dat was geen optie zo bleek uit het gesprek wat ik met de woordvoerder van de familie slak had. Dat waren nu net 2 soorten waar ze niet van hielden. Dan veeg ik jullie bij elkaar en leg jullie bij het vogelvoer. Dat was wreed, vonden zij. Nee, dat jullie mijn plantjes opkanen, dat is niet wreed. Nee, vonden zij weer, daar konden ze niks aan doen, zit in de genen. Genen, amme hoela. Oke dan maar geen vogelvoer. Ik had al een ekster die in de boom naast mijn tuin zat, begerig zien loeren op zoveel gratis lekkers, maar dat feest ging dus niet door. Teleurgesteld vloog hij weg. 

Toen deed ik het slakkengespuis een laatst bod. Ineens dacht ik namelijk aan mijn echtgenoot. Die is dol op slakken. Met veel knoflook en peterselie op zo'n bordje met van die holletjes samen met wat warm en knapperig stokbrood kan hij daar enorm van genieten. Mijn ultimatum was dus, als jullie na de bruiloft mijn tuin niet verlaten dan zijn jullie morgen het voorgerecht! Het was pure bluf, want we eten morgen geeneens thuis, maar dat weten zij niet. 

Maar waarempel het heeft gewerkt zojuist zag ik een lange rij slakken, nog in bruiloftskleding, de tuin verlaten. Somber en gelaten kropen ze onder de schuttingdeur door. Ik zag er eentje nog even stiekem zijn middelvinger naar me opsteken. Dat snap ik, maar ik blijf bij mijn standpunt! En nu maar hopen dat het dreigement stand houdt, want dan kan ik misschien toch nog een courgetteplantje zaaien. Dan hebben we van de zomer courgettesoep! Een ander voorgerecht uit eigen tuin!

2 opmerkingen:

  1. Dat is toeval hier zitten ook slaken en wel op de hoogte van de aardbeienplanten op de houten schutting . Ook ik heb een postzegeltuintje maar nog niet onkruid vrij, en zijn nu in bezit van een peren pruimen en appelboom op ons nieuw terras . Maar volgens een collega is dat helemaal fout hadden drie appelbomen moeten zijn, ze moeten elkaar kunnen voeden of de buren ooit een appelboom in de tuin zetten dat kan ook, word vervolgend .

    BeantwoordenVerwijderen
  2. geweldig zo'n verhaal voor het slapen gaan, heb weer genoten .

    BeantwoordenVerwijderen