donderdag 8 oktober 2015

Naaldkunst

Zoals eerder vermeld is het handwerken mij met de paplepel ingegoten. Mijn oma (zij woonde bij ons) was coupeuse en had een eigen klantenkring waardoor de naaimachine alleen van de grote tafel werd getild als we gingen eten. Altijd waren er wel lapjes en draadjes in de buurt. Mijn oma kon ook heel mooi haken en nog steeds vind ik het jammer dat ze me dat niet meer heeft kunnen leren. Wel het begin en een vaste en een stokje, maar daar houdt het wel zo'n beetje mee op. Dolgraag wil ik nog eens een haakcursus doen waar ik dan die leuke Granny's leer haken, maar ach alles op zijn tijd.

Naast breien kan ik ook wel goed borduren. Dat deed mijn moeder graag en ik ging dan ook bijna elk jaar met mijn vader naar een handwerkwinkel om een mooi borduurpakket of ander handwerkgedoetje uit te zoeken voor haar verjaardag. 

In de handwerkmand lag ook altijd wel een stuk kaaslinnen en er was een oud toffeetrommeltje met allerlei kleuren borduurzijde. Allemaal zonder bijbehorend nummertje en vaak een restje, maar wat vond ik het heerlijk om de mooiste kleurtjes eruit te zoeken. Ik wilde als klein meisje net als mijn mams ook van die mooie dingen maken. Dus kreeg ik een lapje kaaslinnen, keurig afgezigzagd op de naaimachine tegen het rafelen en de eerste beginselen van de kruissteek werden geleerd. Toen ik het eenmaal doorhad borduurde ik vele kleurige randjes op mijn lapje. Natuurlijk alleen als het slecht weer was, want zodra het maar even droog was moest er op straat gespeeld worden.

Er werd dus veel, al dan niet gezamenlijk, gehandwerkt in ons gezin. Toen ik op de middelbare school zat ging mijn moeder steeds vaker over op breien in plaats van borduren en eerst begreep ik niet waarom. Ze was enthousiast begonnen met een schellekoord met allerlei vogels en bessen maar het schoot niet erg op. Op een dag kwam de aap uit de mouw. Ze vertrouwde me toe dat borduren nog steeds erg leuk was, maar dat het oogje van de naald steeds kleiner werd. Er moest constant een leesbril aan te pas komen. Uiteindelijk heb ik dat schellekoord voor haar afgemaakt en het heeft nog jaren aan de wand in de stacaravan gehangen tot een brand daar een eind aan maakte.

Met vriendinnen die ook van borduren hielden speurde ik de catalogi door van borduurpakketten en nam me voor, later als ik "groot" ben (lees meer tijd heb) dan ga ik van die mooie pakketten maken. Ondertussen borduurde ik als de kinderen in bed lagen nog wel aan kleine lieve projectjes en gaandeweg kwam er een beetje de klad in. Het gezin was jong, er moest gewerkt en gestudeerd worden en het borduren raakte op de achtergrond.

Nu zijn de kinderen volwassen, de studie is afgerond dus is er meer tijd. Eindelijk tijd om het borduren weer een beetje op te pakken. Lekker om af te wisselen met een beetje breien. Want na een drukke werkdag, hoe fijn ook, met allerlei gedoe is het zo fijn om alleen maar kruisjes te hoeven tellen. Heerlijk. Dus zocht ik de borduurzijde weer op, het oude toffetrommeltje van mama had allang plaats gemaakt voor een handig hobbyladekastje, en gaan met die banaan.

En toen? Toen bleek dat oogje van de naald ineens een heel stuk kleiner dan vroeger. En die patronen moeten ook steeds vaker worden vergroot op de kopieermachine. Ook moet de leeslamp op volle sterkte branden in de avond en het linnen moet niet te fijn zijn. Verdorie, nu is het "later" kan ik eindelijk los, zit ik hele avonden te hannesen om alleen al 1 draadje in de naald te krijgen. Grrr.

Het leven is gewoon niet eerlijk! Bah!



1 opmerking:

  1. Tja, de les is dat je nooit moet wachten op later ...
    Je moet je kans pakken zodra het kan.
    Maar misschien is een tafelmodel daglichtlamp )eventueel met loep' wel iets voor je. Je moet echt goed licht hebben bij borduren. Daarom doe ik het ook liever en vaker in de zomer!

    BeantwoordenVerwijderen